Elke zondagmorgen is er om 10.00 uur een dienst in de kerk. Gaat u mee naar binnen om te zien hoe het er daarbij aan toegaat?
Eerst lopen we onder de toren door. Bovenin horen we de klok zijn werk doen… Aan de ingang van de kerk (let op, deze deurkruk gaat omhoog!) wordt u welkom geheten door onze kosters.
Hoewel vaste bezoekers vaak op dezelfde plek gaan zitten zijn alle plaatsen vrij. Uitzondering daarop zijn de plaatsen van de kerkenraad. U kunt kiezen uit banken op een houten vlonder en stoelen op de plavuizen.
Zoals meestal voor de dienst klinkt het Flaes-orgel achterin de kerk. Zo kunt u rustig even de warme sfeer van het kerkinterieur op u laten inwerken. Over de avondmaalstafel voorin ligt een gekleurd kleed. Hieraan is te zien in welke periode van het kerkelijk jaar we op het moment zijn. Diezelfde kleur vindt u straks ook terug in de stola van de predikant, als deze een stola en toga draagt. Voorin de kerk brandt de paaskaars, en links en rechts nog twee kaarsen. Ook de bloemen (die na afloop als teken van verbondenheid naar gemeenteleden worden gebracht) versterken de sfeer van de dienst.
Bij het begin van de dienst komen de dienstdoende kerkenraadsleden binnen en nemen hun plaatsen in de bankjes vooraan en de diakenen daarachter. De ouderling-kerkrentmeesters zitten rechts. De rij wordt gesloten door de ouderling-van-dienst en de predikant.
Een van de ambtsdragers heet welkom en doet mededeling van gemeenteleden die in een ziekenhuis liggen, vertelt wie deze zondag de bloemen uit de kerk krijgen, vraagt wie de bloemen wil wegbrengen en noemt de bestemming van de collecten. Ook bijzondere activiteiten in de komende week worden genoemd.
Daarna gaat iedereen staan en wordt de openingspsalm gezongen of een ander toepasselijk lied.
De keuze hiervan voert vaak terug op oud-kerkelijke tradities, waarbij elke zondag werd vernoemd naar een bepaalde psalm, die past bij het moment in het kerkelijk jaar.
Na het zingen geeft de dienstdoende ouderling de predikant een hand. Dat is niet zozeer om hem sterkte te wensen, want dat is hem/haar al toegebeden in de consistoriekamer. Het is het teken dat de kerkenraad de verantwoordelijkheid voor de dienst aan hem/haar overdraagt en aan hem/haar toevertrouwt.
Wat er dan gebeurt? Dat wisselt per week. Zoals we bij elkaar komen brengen we allen onze eigen ervaringen en opvattingen in geloof en leven mee. Ieder van ons komt uit een eigen achtergrond en heeft ook eigen zorgen en vragen. Blijde en verdrietige belevenissen waar we persoonlijk vol van zijn. Elke kerkdienst begint daarom met een moment van stilte, waarin we elkaar in de gelegenheid stellen aan God te kwijten wat ons eerst van het hart moet vóór we ons aan het samenzijn kunnen wijden. Voor het gezamenlijke dat dan volgt kent de kerk al eeuwenlang verschillende ‘wegen’ of ‘routes’ zou je kunnen zeggen. Zij noemt die ‘Orden van Dienst’. Je zou ook van ‘programma’s’ kunnen spreken. Elk met een al bonte geschiedenis die haar sporen verdiend heeft. Een aantal van de geijkte ‘Orden van Dienst’ hebben we bijeengebracht. We volgen ze met zekere regelmaat. Maar ook reikt de samenleving ons nieuwe vormen aan die komen en gaan, of: soms zo aanspreken en bruikbaar zijn, dat we ze een blijvende plaats geven.
In elke dienst is er een speciaal ogenblik voor de kinderen gereserveerd. Dit moment van de kinderen wordt beurtelings verzorgd door leden van de leiding van de kindernevendienst, gemeenteleden en predikanten (overigens blijkt dit korte intermezzo ook door de volwassenen gewaardeerd te worden…). Hierna wordt de kaars in de lantaarn aan de paaskaars aangestoken. Met de brandende kaars verlaten de kinderen de kerk om met elkaar in De Belder de kindernevendienst te volgen.
Als het geluid van de kinderen wegebt en de ouderling die de deur sluit terugkeert, volgen de schriftlezingen. Vaak wordt één van de schriftlezingen verzorgd door een gemeentelid. Natuurlijk zingen we na de lezing(en) een –daarbij passend– lied.
Dan beklimt de predikant de preekstoel. Daar worden de schriftlezingen uitgelegd en verbonden met ons eigen leven, een leven dat in het perspectief staat van een God die ons liefheeft en ons verlangt te vormen naar zijn onvoorwaardelijke liefde. Deze verkondiging wordt ook weer beantwoord met een lied.
De predikant gaat vervolgens voor in gebed: dankgebed, voorbeden, ruimte voor persoonlijk (stil) gebed.
Dan gaan twee diakenen met de collectezak rond voor een diaconale bestemming, gevolgd door twee kerkrentmeesters die voor de bestrijding van de kosten van de eigen gemeente collecteren. Samen brengen zij de zakjes weer naar voren en leggen ze op de tafel voorin. Op dat moment komen ook de kinderen weer terug in de kerk en bidden we staande het Onze Vader.
Na het slotlied spreekt de predikant de zegen uit die we beantwoorden met een gezongen ‘Amen’: zo is dat!
De ouderling van dienst geeft de predikant weer een hand en neemt daarmee de verantwoordelijkheid (namens de kerkenraad) weer terug. Samen lopen zij naar de ingang onder toren. Bij het naar huis gaan geeft de predikant iedereen een hand.
Maar eerst treffen we bij het uitgaan de twee kerkrentmeesters (die voor het eind van de dienst opeens wegliepen) weer aan, met een collectezak. Hierin kunt u nog een gift voor het werk in de eigen gemeente kwijt.
Dan staat u weer buiten in de gezellige drukte van mensen die elkaar kennen. Een blik op de klok leert dat het kort na 11.00 uur is. Of u moet net een bijzondere dienst hebben meegemaakt. Dan is het ongetwijfeld om en nabij 11.30 uur.
Elke eerste zondag van de maand is er na afloop van de dienst in De Belder (naast de kerk) gelegenheid om met elkaar koffie te drinken en nog wat na te praten.